Waarom waardeoordelen geen probleem zijn
‘Het valt me op dat veel mensen er veel waarde aan hechten, om ergens ‘geen waardeoordeel’ over te hebben!’, schrijft Babette. ‘Daarom is mijn vraag aan jou: denk je dat het werkelijk mogelijk is om vanuit je basis geen waardeoordeel over iets te hebben? En ook: wat maakt een waardeoordeel anders dan een persoonlijke mening?‘Tja, als ik mezelf naga, dan zit ik vol met waardeoordelen. En daar heb ik niet echt moeite mee. Ik zou namelijk echt niet weten, hoe ik me zonder waarden en waardeoordelen door het leven zou moeten slaan. Mijn waarden geven zin aan mijn leven; ik zou ze nooit los willen laten. En wie waarden heeft, heeft mijns inziens ook waardeoordelen. Het een impliceert het ander. 'Liefde' is voor mij bijvoorbeeld een belangrijke waarde. Dan is het niet gek dat ik moeite heb met liefdeloosheid, toch? In dat geval ligt het oordeel al gauw op de loer. Zo werkt het bij mij althans.
Achter elk waardeoordeel, schuilt dus een waarde naar mijn idee. Wanneer iemands waardeoordeel de mogelijkheid tot dialoog belemmert, dan ga ik (in mijn rol van conflictbevrijder) op zoek naar de positieve waarde achter het oordeel. Dat is meestal niet erg ingewikkeld. Je vraagt bijvoorbeeld: hoe zou jij het dan willen? Of je gaat in op het achterliggende gevoel. Ik zal een recent voorbeeldje geven.
Gister sprak ik toevallig een dame die laaiend was omdat haar buren ‘met hun poten aan haar plantjes hadden gezeten!’. (De buren hadden enigszins ruw wat twijgen weggetrokken bij hun eigen kelderraam.)‘Zoiets doe je toch niet!’, zei ze verbolgen.‘Ik zórg voor die tuin! Het is toch niet normaal om zomaar takken af te rukken?!’ Afijn, ze zou de buren wel eens aanspreken.
Ik gaf haar weinig kans op succes. Toen ik doorvroeg naar wat haar - gezien haar opwinding - toch zo’n pijn deed, bleek het voorval rechtstreeks aan te haken aan haar oorlogsverleden, waarin het disrespect van de Japanse onderdrukker voor al wat leefde haar diep aangegrepen had. Als kind had ze zich heilig voorgenomen om juist voor het kleine en onooglijke op te komen. Dit was deel van haar persoonlijkheid geworden. Zonder zelf die link te leggen, joeg dit oude voornemen haar woede over een paar geknakte takjes tot grote hoogte op.
Toen ze haar buren 's avonds tegenkwam vertelde ze hen wat die geknakte twijgen bij haar losgemaakt hadden - dat ze daarin het geweld jegens alles wat jong en kwetsbaar is opnieuw ervoer - waarop een geweldig gesprek en mooie avond volgde. Conflict opgelost.
En hoe komt het nou, dat een goed gesprek opeens wel mogelijk werd?
Simpelweg doordat die mevrouw zèlf iets meer ruimte had gekregen. Aanvankelijk was ze totaal geïdentificeerd met haar waardeoordeel. Ze kwam niet verder dan te denken: ‘Zoiets doe je toch niet!’ Daarna blokte het in haar geest. Onbewust beleefde ze haar buren als misdadigers. Door even bij haar door te vragen, kwam er al rap meer bewustzijn bij. Ik zei dus niet: ‘wat ben je toch een gek mens, om zo idioot over een paar takjes te doen’, maar ik pikte haar pijn op en ging daar op in. Dat bracht haar bij zichzelf (ipv bij de buren), wat haar agressie jegens hen voldoende temperde om het gesprek rustig aan te gaan.
Wat mij betreft is niet het hebben van een waardeoordeel het probleem, maar het samenvallen met je waardeoordeel. Alsook het doen alsof je geen oordeel hebt, terwijl je er wel degelijk een hebt!
In het eerste geval ben je zelf in verwarring, omdat je je waardeoordeel voor ‘de waarheid’ houdt, terwijl de waarheid altijd veel groter en complexer is dan een lousy oordeel. In het tweede geval schep je verwarring voor de ander, omdat wat je hardop zegt en wat je van binnen voelt (en nonverbaal communiceert) niet spoort met elkaar. Bij dubbele informatie krijgt de ander al gauw het gevoel dat iets niet helemaal klopt.
Wat mij helpt als ik zelf een negatief waardeoordeel heb over iemand, is te bedenken dat die ander meeris dan dat deel waar ik moeite mee heb. Met die gedachte help ik mezelf om voorbij mijn waardeoordeel te kijken. Ik erken dat die persoon meer is dan bv alleen 'een leugenaar'. Ik ben bereid tot die gedachtesprong, omdat ik geloof dat een mens nou eenmaal niet perfect, noch eenduidig is. De ander 'mag' van mij gebreken hebben (alleen al omdat ik ze zelf ook heb). Deze denkwijze geeft mij de mogelijkheid om mijzelf gevoelsmatig recht te doen (ik laat mijn oordeel immers niet vallen), en toch ruimte te maken om de ander tegemoet te treden. Het is dan veel gemakkelijker om opnieuw de ontmoeting of het gesprek te hebben.
Tot slot de vraag over het verschil tussen een waardeoordeel en een persoonlijke mening.
Dat verschil ligt subtiel. Ik ga het naar vermogen uitleggen. Wie verbeteringen heeft: laat ze horen. Een waardeoordeel is een waardering uitdrukkend oordeel; een mening of iets goed of slecht is. Een waardeoordeel verwijst (indirect) naar je waarde(n). Een waardeoordeel werkt belemmerend als men het voorstelt als een feit, of als de waarheid. Bijvoorbeeld: 'dit is een foute kerel' ipv 'ik vind het fout, hoe deze man denkt'.
Een waardeoordeel is volgens mij altijd een mening, maar een mening is niet altijd een waardeoordeel.
Een mening is een subjectieve opvatting of houding ten opzichte van iets of iemand. Er zijn dan waarnemingen, gedachten plus de toedichting van betekenis. Bijvoorbeeld: 'ik zie dat deze optelling niet klopt, dus ik denk dat deze man zich vergist'. Een mening kan onjuist zijn, door een onjuiste waarneming. Of door een onjuiste gedachte. Mensen verschillen dan van mening, en daarover kan gepraat worden. O.a. zo komt ‘wetenschap’ tot stand.
Op November 13, 2013