Mediation in de gezondheidszorg
Een medisch professional is (vaak) solistisch, autonoom en individueel verantwoordelijk voor zijn/haar patiënt. Daarnaast ook collega en teamspeler, onderdeel van een MSB of coöperatie en zich verhoudend tot de RvB.
Wrijving in praktijken, teams en vakgroepen ontstaat onder meer door gebrek aan erkenning, competitie of verschil in visie. Doorgaans wordt hier wegens gebrek aan tijd en feedbackvaardigheden weinig of geen aandacht aan besteed. Begrijpelijk, maar op den duur gaat het toch altijd knellen, (ervaar ik in mijn praktijk). Herstel van vertrouwen is dan belangrijk.
Pas als er een duidelijk geval van bijvoorbeeld disfunctioneren naar buiten lekt en de patiëntenzorg onomstotelijk in gevaar komt, wordt er ingegrepen. Dit zijn de gevallen die in de pers komen, het topje van de ijsberg. Dat zijn ook de gevallen waarin het moment voor een kansrijke mediation al gepasseerd is.
Eigenlijk kan je al aan mediation denken op het moment dat je de volgende symptomen herkent:
- Irritatie tijdens overleg (wegens dominantie van één persoon bijv., je niet gehoord voelen);
- Afspraken worden niet nageleefd;
- Minder goed functioneren en daar niet op aangesproken kunnen worden;
- Coalitievorming in een team/vakgroep;
- Elkaar vermijden, aannames bezigen;
- Geen overeenstemming over noodzakelijke veranderingen of aanpak kunnen bereiken.
Dan hoeft er nog geen hooglopend conflict te zijn, maar er kan wel wat verbeterd worden. En de tussenkomst van een onafhankelijke derde die zorgt dat zaken gesignaleerd en benoemd kunnen worden, helpt op weg. De mediationovereenkomst die alle betrokkenen tekenen, waarborgt dat alles binnenskamers blijft, om vrijuit te kunnen praten en eventuele reputatieschade te voorkomen. Daarnaast spreek je met elkaar af dat tijdens de mediation geen acties worden ondernomen die het proces kunnen tegenwerken.
Een greep uit de “problemen” waarvoor mediation werkt;
Het verbeteren van de samenwerking in een team of vakgroep. Herstel van vertrouwen. Met elkaar bespreken waar je als groep voor staat en wat je al goed doet. Wat er nog beter kan. Hoe reageert men op elkaar en waarom? Vaak zijn misverstanden de reden waarom het vertrouwen in elkaar verloren is. Als deze bespreekbaar worden gemaakt, ligt de weg open voor een constructieve taakverdeling en samenwerking.
Het verbeteren van de besluitvorming in vergaderingen. Zorgen dat iedereen gehoord wordt, dat besluiten gedragen en uitgevoerd worden. Dan kunnen er stappen genomen worden!
Verbeteren van de verhouding tussen opleiders en aio’s. Transparantie en communicatie zijn hier belangrijk in geval van conflict. Ook voor de rest van de afdeling.
Het herstellen van de communicatie met een zieke werknemer die thuis zit wegens conflict of burn-out. Ook bij burn-out zijn het vaak niet alleen fysieke belemmeringen die spelen.
Het omgaan in de vakgroep met een collega die te maken heeft met een calamiteit en/of tuchtklacht.
Niet alleen tijdsdruk houdt medische professionals tegen om hun functioneren (als groep) onder ogen te zien, ik merk ook dat er niet graag erkend wordt dat er een conflict is. Een conflict klinkt wel erg “zwaar”, terwijl men denkt dat het niet urgent genoeg is om hier tijd in te investeren. Doe je dat wél, dan realiseer je je wat het doet met jouw functioneren en dat van anderen om je heen. En dat herstel van vertrouwen een voorwaarde is om goed met elkaar te kunnen samenwerken.
Een mediation behelst doorgaans individuele gesprekken met betrokkenen en 2 à 3 gezamenlijke bijeenkomsten. Het tijdsbestek is gemiddeld 5 weken (tussen 2 personen) of 3 maanden (in een team, praktijk of maatschap). Een mediator schept een veilig klimaat waarin constructief overleg mogelijk wordt en zodoende weet u in relatief korte tijd waar u staat en hoe u samen wel of niet verder kunt.
Op August 27, 2019